Studenten in een VDAB en project-600 traject

Phaedra en Kris waren werkloos en vonden met de steun van de VDAB de weg naar de opleiding verpleegkunde. Patrick werkt al in een ziekenhuis. Dank zij het opleidingsproject voor verpleegkundigen (Project 600) gaat hij nu voluit voor een bachelordiploma. Laat je inspireren door hun verhalen!


Ineens moest ik weer toestemming vragen om naar het toilet te gaan

– Phaedra Verbeeck –

“In 2007 heb ik mijn badge voor dringende geneeskundige hulp gehaald om mee te rijden met de ziekenwagen. Toen besefte ik dat ik  dat mijn toekomst in dat gezondheidszorg lag. Met een baan en een gezin en rekeningen te betalen was opnieuw studeren helaas niet aan de orde. Tot ik ongeveer tien jaar later in een burn out  terecht kwam. Het eerste dat ik na zeven maanden terug opgepakt heb, is de ziekenwagen. Maar pas toen een vriendin mij vroeg ‘Waarom ga je geen verpleegkunde studeren?’, ben ik er ernstig over gaan nadenken. Ik ben dan ontslagen op mijn werk, waarna ik de hele procedure van de VDAB kon volgen om een  studie te starten.  

De combinatie gezin en studie is niet eenvoudig, maar gelukkig steunt mijn gezin me. Mijn kinderen van 15 en 19 vinden het cool ... tot het moment dat de was wat langer blijft liggen of ik geen tijd heb om chauffeur te zijn, dan wordt het even moeilijk. Studeren gaat nu wel een stuk trager dan vroeger en je kan je bijvoorbeeld niet, zoals veel jonge medestudenten, de hele kerstvakantie afzonderen om te studeren.  

Terug in de rol van de student kruipen, was wennen. Ineens moest ik weer toestemming vragen om naar het toilet te gaan. Ik merk dat ik iedere keer opnieuw een knop moet omdraaien. Vooral ook op stage. Ik ben natuurlijk student, maar ik blijf wel een volwassen vrouw met de nodige levenservaring. Dat kun je niet zomaar uitschakelen. Ik durf ook mijn mening geven, wat ze op een stageplaats niet altijd gewend zijn.  

Het voordeel van de opleiding is dat het erg breed is. De meeste mensen denken dat een verpleegkundige iemand is die in een ziekenhuis werkt, maar het is zoveel meer dan dat. En met het langere traject krijg je de kans om stage te doen in heel uiteenlopende domeinen. Ik dacht aanvankelijk dat  het technische mij zou liggen, maar ik heb zes weken op een afdeling heelkunde gestaan en ik krijg stress van al die technische handelingen! En omgekeerd: ik stond heel afkerig tegenover een woonzorgcentrum en daar heb ik een superstage gedaan. Dank zij die stages ontdek je dus wat bij je past. 

Mijn studie heeft ook effect op mijn werk in de ziekenwagen, merk ik. Ik heb, bijvoorbeeld, meer aandacht voor de omstanders. Zo hadden we dit weekend een oproep voor een kindje van zeven maand. De mama en de arts waren bezig met die baby en die papa stond daar geheel verloren. Dan ga ik naar die man toe om te vragen hoe het met hem gaat. Dat heb ik hier geleerd, dat je daarmee wel degelijk een verschil maakt voor mensen.


Een van de grote voordelen van deze studie is dat je een bredere kijk krijgt op veel zaken

– Patrick Kellens –

“Omdat ik al ongeveer zes jaar bij het UZ Leuven werkte, kon ik meedoen aan de selectieproeven voor Project 600. Als je daarvoor geselecteerd wordt, kun je met behoud van loon verpleegkunde gaan studeren, voltijds. Je moet dan in de zomermaanden je vakantie opnemen. Zo ga je in die periode ook nog ongeveer een maand gewoon werken. Een gunstregime. Voor mij betekende het dat ik op mijn 45ste opnieuw kon gaan studeren en eindelijk een hoger diploma halen, want dat heb ik nog niet. Na het secundair zei het toenmalige PMS dat ik ‘alles’ kon gaan doen, maar ik wist niet wat ik wilde. Ik heb een jaar univ geprobeerd, maar ben snel beginnen werken. Dat was in 1991, ik was 19. 

Bij het UZ ben ik begonnen als logistiek assistent, nu ben ik administratief bediende. Maar het eerste was niet uitdagend genoeg en het tweede stond dan weer zover van de mensen af. Daarom heb ik deze stap genomen en ik heb er nog geen spijt van. Als verpleegkundige kan je echt iets betekenen voor mensen, soms meer dan je beseft. Toen ik mijn vader verloor, heb ik zelf mogen ervaren hoe belangrijk het is om juist op zo’n moment mensen om je heen te hebben die je kunnen steunen en bijstaan. 

Op stages ervaar ik dat je veel terugkrijgt van patiënten, zeker wanneer je je tijd kan nemen. Dat geeft voldoening, maar die haal ik ook uit het feit dat ik de kans heb om mezelf te ontwikkelen. Ik denk trouwens dat het belangrijk is dat je jezelf een beetje kent en dat je weet waar je goed kunt functioneren. Verschillende mensen hebben al gezegd: Palliatieve zorgen zou echt iets voor jou zijn. Precies omdat je daar nog de tijd kan nemen om patiënten te geven wat ze nodig hebben en de familie ook. Daarvoor zijn die stages echt goed: om het te proberen en te proeven van een specifieke richting zoals deze 

Een van de grote voordelen van deze studie is dat je een bredere kijk krijgt op veel zaken. En dan heb ik het niet over anatomie of ziekteleer, dat ook natuurlijk, maar vooral over het menselijk gedrag en communicatie… Dat alleen al betekent een meerwaarde – zelfs al ga je gesprekstechnieken ook thuis toepassen. Maar goede communicatie maakt dikwijls het verschil. Dat merk ik zelfs op de campus. Hier kan over veel dingen worden gepraat en er wordt rekening gehouden met de verzuchtingen van de studenten. Ik zit nu zelf in het studentenplatform. Als er iets niet zo goed loopt, kan dat daar besproken worden en in de mate van het mogelijke wordt er iets mee gedaan. Je hebt het gevoel dat je gehoord wordt en dat apprecieer ik enorm. “

 


“Studeren op je veertigste is iets totaal anders dan studeren op je achttiende”

– Kris Verhoeven –

“Ik ben leerkracht van opleiding, maar heb nooit lesgegeven. Tenminste niet in een klas. Bij de firma waar ik zestien jaar heb gewerkt, gaf ik wel opleidingen aan volwassenen, maar dat is niet te vergelijken met een schoolsituatie. Ik heb ook lang thuisgezeten met een depressie, ik ben er zelfs voor opgenomen. Toen mijn werkgever failliet ging en ik een nieuwe job moest zoeken, was dat voor mij het moment om terug te gaan studeren met de hulp van de VDABZolang ik studeer blijft mijn uitkering dezelfde, maar het geeft ook extra druk want ze verwachten wel dat je slaagt.  

Studeren op je veertigste is iets totaal anders dan studeren op je achttiende. Ik moet me op een of andere manier kunnen afsluiten van mijn omgeving. Met oordopjes, bijvoorbeeld. Niet volledig, maar ik moet echt wel alles laten vallen. Het huishouden wordt eventjes geparkeerd en koken doe ik dan niet meer. Op die momenten reken  ik op de traiteur en de broodjes. Op zich is daar niks mis mee, al  voel ik me af en toe wel eens schuldigEn als, bijvoorbeeld, mijn man moet gaan werken en zijn hemd is niet gestreken, dan zal ik dat toch vlug even doen.

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven